Mijn volgende boek is af. Het is een roman in briefvorm, over een tuindersfamilie in de jaren 20 van de twintigste eeuw, losjes gebaseerd op een verhaal uit mijn familie. Ik heb nog geen goede titel, maar verder ben ik er tevreden over. De eerste proeflezer ook, dus nu gaat het naar de volgende fase. Uitgeven.
Een boek uitgegeven krijgen is niet gemakkelijk, daar kan bijna iedere schrijver over meepraten. Mijn boek over Berlioz, en mijn kinderboeken verschenen in een serie, en dat hielp. Het nadeel is dat het boek in een stramien moet passen, waardoor je als schrijver niet moeilijk moet doen over grote aanpassingen. Zo is van mijn Spion voor de prins een derde geschrapt. Niet omdat dat deel niet goed was, maar omdat het boek anders te dik werd voor de serie. Over het algemeen doe ik daar niet moeilijk over, zolang ik er als schrijver maar achter kan staan. Het is niet de bedoeling dat het een boek is dat niet meer herkenbaar is. Maar schrijven is ook voor een flink deel schrappen. En een goede redacteur maakt het boek alleen maar beter.
Toen begon ik boeken voor volwassenen te schrijven, die niet in series pasten. En als ik zo’n boek opstuurde naar een uitgever was het commentaar meestal dat het goed geschreven was, maar dat het niet in het fonds paste. Of dat het geld om boeken van onbekende schrijvers uit te geven op was. Ook uitgevers hebben het moeilijk, dat begrijp ik wel. Maar ik stuurde manuscripten alleen naar uitgevers bij wie ze keurig in het fonds pasten. Ruim een jaar geleden stuurde ik mijn Mevrouw Huygens naar een uitgever die het wel in zijn fonds vond passen, maar, inderdaad, geen geld had om het te publiceren. Daarom vroeg hij aan mij een bijdrage, die zo bizar hoog was, dat ik het bedrag hier niet durf te noemen. Na lang overleg met mijn omgeving en nog langer nadenken besloot ik het daarom niet te doen. Een andere uitgever had dezelfde reactie, maar vroeg een veel lagere bijdrage. Daarom ben ik met hem in zee gegaan. Het boek is prachtig geworden en is terug te vinden in de catalogus en op de website van de uitgever. Ook zijn er proefexemplaren verzonden en mailings uitgegaan. Maar na een maand was dat voorbij. Van Mevrouw Huygens zijn niet veel exemplaren verkocht. En wat ik voor de kwaliteit van mijn boek het ergste vond, is dat er geen redacteur naar gekeken heeft.
Daarom twijfel ik of ik mijn nieuwe boek weer bij die uitgever aan moet bieden. Of het naar een andere uitgever op moet sturen. Als ik meer bekendheid als schrijver wil krijgen, moet ik me niet aan publishing on demand wagen. Dat is voor mensen die goed zijn in zelfpromotie. Misschien met ik het naar een bureau voor manuscriptbeoordeling sturen, met de vraag waar zij het zouden aanbieden. Maar ook dat is natuurlijk niet goedkoop. Kortom, ik ben er nog niet uit.
Maar het is wel een mooi boek geworden.